2223 LEREN VAN INDIVIDUELE LEERLINGEN

 Sarah Van der Aa

Sessie 1: week  van 13/02/23 - Leuven/Diest

 

Lesverloop

1. KENNISMAKING

 

PAUZE

 

2. TUTORSTAGE

3. BEGINSITUATIE

4. LEERDOELEN

5. LESVOORBEREIDING

6. AFSLUITER

1. Kennismaking

1.1 Kennismaking met

jullie

1.2 Kennismaking met

'Leren van individuele leerlingen'

Drie leerlijnen

  • Leerlijn beroepspraktijk
  • Leerlijk pedagogiek en didactiek
  • Leerlijn reflecterend en onderzoekend handelen

Leerdoelen

Beginsituatie in kaart brengen Motivatiebevorderende stijl
Leerdoelen formuleren Zelfregulatie verhogen
Feedback voorzien + communicatievaardigheden Taalontwikkeling ondersteunen

Leren van een individuele leerling/student/cursist of klein groepje leerlingen/studenten/cursisten begeleiden.

Didactisch model N. Engels

Afstemming tussen de verschillende componenten

HOE?

WIE?

WAT/WAAROM/WAARTOE?

Leren van Individuele leerlingen 

Neem de tijd om de Canvasruimte door te nemen! 

 

 

 

De lessen

13/02 of 16/02

 

27/02 of 02/03

13/03 of 16/03

20/03 of 23/03

VO sessie 2

  • Feedback
  • Taalondersteuning
  • Motivatie
  • Zelfregulerend leren
  • Beginsituatie
  • Leerdoelen

VO sessie 3

VO sessie 4

  • ROH

februari

juni

De tutorstage/ LIO praktijk

Voorbereidende opdracht (VO) / Feedbackopdracht 'lesvoorbereiding': formatief

Feedbackopdracht 'lesvoorbereiding'

(facultatief)

17/04

Evaluatie

Beroepspraktijk:
tutorstage/LIO-praktijk
Pedagogiek en didactiek Reflecterend en onderzoekend handelen
Examen praktijk (20%) Examen andere (80%) Examen andere (P/F)
Aan de hand van lvb/evaluaties aantonen dat je de praktijk hebt uitgevoerd en dat je de basis van de theorie hebt kunnen toepassen. Matrixopdracht: aan de hand van bewijsstukken/lvb aantonen dat je de praktijk hebt uitgevoerd en dat je de basis van de theorie hebt kunnen toepassen. Permanente evaluatie  reflectievaardigheden doorheen semester.

Portfolio

Papegaaien van theorie is niet ons doel.

 

 

 

Tonen dat je theorie kan gebruiken om praktijk te onderbouwen.

 

 

 

Vergis je niet! Grondige voorbereiding is cruciaal!

 

 

 

Yes you can!

Wat kan ik nu al in orde brengen?

Tutorstage:

- Schrijf je in via het formulier:

https://forms.office.com/r/kFBKNfaLuF

 

 

 

 

 

- Verbintenisverklaring uploaden

- Uittreksel strafregister uploaden

 

 

 

 

Vragen?

 

 

 

PAUZE

2. Tutoring

  1. Wat is tutoring?
  2. Hoe zou je tutoring op basis van het filmpje omschrijven? (Wie? Wat? Waar? Wanneer? Waarom? Hoe?)
  3. Wat is het onderwerp van de tutoring?
  4. Wat zijn de voordelen van tutoring?
  1. Wat is tutoring?
  2. Hoe zou je tutoring op basis van het filmpje omschrijven? (vb. vraaggestuurd vs. Aanbodgestuurd, verschillende leeftijd vs. Zelfde leeftijd,…)
  3. Wat is het onderwerp van de tutoring?
  4. Wat zijn de voordelen van tutoring?

Het begeleiden en het leren van individuele lerende of klein groepje lerenden.

 

 

 

1. Wat is tutoring?

Tutoring is een vorm van (critical) community engaged research and learning  

 

 

 

Soort ervaringsgericht leren waarbij student via maatschappelijke dienstverlening een rechtstreekse bijdrage levert aan de samenleving en via kritische reflectie op de ervaringen zelf bijleert (vaak burgerschapsvormend).

 

Critical: finale doel zou moeten zijn dat CERL niet langer nodig is.

 

 

 

 

 

 

Tutoring

= maatwerk in functie van behoeften tutee

 

 

 

De tutor staat dichter bij de leefwereld van de tutee, ze zijn 'gelijken'. Dat creëert laagdrempeligheid.

 

 

 

Tutor is voor tutee een vertrouwenspersoon en in een veilige context kan het zelfbeeld positief evolueren.

 

 

 

Soorten tutoring

2. Hoe zou je tutoring op basis van het filmpje omschrijven?

3. Wat is het onderwerp van de tutoring?

Voorkomt daling leer- en studiemotivatie

 

 

 

4. Wat zijn de voordelen van tutoring?

Leerlingen optimaliseren studiemethodiek

 

 

 

Leerlingen leren 'structuur' brengen, prioriteiten leggen, belang van pauzes, agenda gebruiken ...

 

 

 

Leerlingen behalen betere studieprestaties

 

 

 

Tutor leert ook indien die wíl leren

en knowledge-telling bias kan overstijgen!

 

 

 

Meer succeservaringen

 

 

 

Meer time-on-task

 

 

 

Zone van naaste ontwikkeling

 

 

 

Meer en onmiddellijke feedback

 

 

 

Didactisch model N. Engels

Afstemming tussen de verschillende componenten

HOE?

WIE?

WAT/WAAROM/ WAARTOE?

3. Beginsituatie

Beginsituatie - leerdoelen

  • Kenmerken van de beginsituatie van een individuele leerling in kaart brengen​:
    • Benoemen, herkennen en illustreren van de kenmerken uit het model van Simons: directe, (algemene en) leerpsychologische en indirecte leerlingkenmerken.
    • Uitleggen wat het kruispuntdenken is.
    • De meervoudige identiteit van leerlingen in kaart brengen.

 

Tutees zijn geen blanco blad.

 

 

 

Beginsituatie

Alle factoren die van invloed kunnen zijn op het leren en waar de leerkracht niet onmiddellijk invloed op heeft.

 

 

 

  1. Welke informatie weet je al over je tutee/leerling? 
  2. Welke informatie vind je (nog) belangrijk om te weten over de tutee/leerling ?

Welke informatie vind je belangrijk om te weten over je tutee(s)/leerling(en) ?

Adapted from Simons (1995)

 

Lees de casus en plaats de informatie over de leerling in het model van Simons

 

Aan de slag

 

 

 

Wees je bewust van intersectionaliteit!

Een leerling is meer dan "meertalig" of een gok-leerling! Creëer een brede kijk op identiteit!

 

 

 

Intersectionaliteit of kruispuntdenken

Breng de beginsituatie in kaart en houd er rekening mee bij het ontwerpen van lessen.

Stage

 

 

 

Plaats in het le

Plaats in het lesvoorbereidingsformulier

Plaats in het le

Plaats in het lesvoorbereidingsformulier

Neem de tijd om je tutees te leren kennen

(niet alleen eerste les).

 

 

 

 

 

Breng de beginsituatie stap voor stap  in kaart! 

 

 

 

 

Inspiratie voor kennismaking in spelvorm?

Beginsituatie: recapitulatie

Model van Simons

  • Directe leerlingkenmerken
  • (Leer)psychologische leerkingkenmerken
  • Indirecte leerlingkenmerken   -->  Intersectionaliteit!

 

Tip! Bekijk zeker de kijkwijzer.

 

Didactisch model N. Engels

Afstemming tussen de verschillende componenten

HOE?

WIE?

WAT/WAAROM?

 

Gebruik de achterkant van je naamkaartje:

 

Wat vind je belangrijk dat wij als opleiders over jou weten om je zo goed mogelijk te kunnen begeleiden?

4. Leerdoelen

 

 

 

Leerdoelen formuleren

Wat beogen we met het leertraject te bereiken?

 

Leerdoelen

  • Leerdoelen formuleren voor een individuele leerling
    • Belang van leerdoelen uitleggen.
    • Formuleren van leerdoelen volgens de vier componenten: inhoud, gedrag, conditie, norm.
    • Formuleren van leerdoelen volgens SMART-principes.

 

Waarom is het formuleren van leerdoelen belangrijk?

Belang van leerdoelen

  • Het daagt je uit om leerstof af te bakenen.
  • Verwijzen naar leerdoelen tijdens het leerproces is een belangrijke vorm van effectieve feedback.
  • Evaluatie: is het doel bereikt of niet?
  • Het geeft de leerling een duidelijk doel om naartoe te werken.
  • Het helpt je om de juiste inhouden, activiteiten, materialen te kiezen (passend bij de doelen).
  • Communicatie met derden.

Binnenkort zijn jullie tutors...

... en zullen jullie leerdoelen moeten bepalen voor de tutees!

 

 

 

Plaats in het le

Plaats in het lesvoorbereidingsformulier

Componenten van leerdoelen

 

Componenten van leerdoelen

 

Gedrag: wat moet de leerling met de leerstof kunnen? (waarneembaar)

Inhoud: op welke inhoud moet de leerling de activiteit kunnen toepassen?

Condities/context: onder welke condities moet de leerlingen het gedrag vertonen?

Norm/niveau: welke minimumprestatie vind je nog voldoende?

 

Componenten van leerdoelen

 

Specifiek: scherpe en heldere doelen

Meetbaar: hoe beoordelen of het doel bereikt is

Acceptabel: streef naar doelen die zowel leraar als leerling de moeite waard vinden

Realistisch: uitdagende en haalbare doelen (zone van naaste ontwikkeling)

Tijdsgebonden: op welke termijn wil je het doel bereiken

 

Domeinen (zie module Leerdoelen Canvas)

 

Cognitieve ontwikkeling

Intellectuele vaardigheden, verstandelijke vermogens, denkactiviteiten. Bijvoorbeeld:
memoriseren, begrijpen, redeneren, analyseren.

 

Affectieve ontwikkeling

Waardegebonden vaardigheden. Bijvoorbeeld: coherent handelen met persoonlijke
waardensysteem, verantwoordelijkheid nemen, rekening houden met het waardensysteem
van een organisatie of anderen.

 

Psychomotorisch ontwikkeling

Fijne motoriek, zintuiglijke en fysieke vaardigheden. Bijvoorbeeld: juiste schrijfbeweging,
correct uitspreken van klanken, ergonomische zithouding, leren fietsen of zwemmen, geuren
en smaken herkennen, presentatievaardigheden, stemtraining, non-verbale communicatie
aanpassen aan de context, iets kunnen maken.

 

Meta-cognitieve ontwikkeling

Vaardigheid om te denken over het eigen denken. Bijvoorbeeld: strategieën om informatie
op te zoeken, plannen van werk, schematiseren en structuur aanbrengen.

 

Interpersoonlijke ontwikkeling

Vaardigheden nodig om met anderen om te gaan. Bijvoorbeeld:
samenwerkingsvaardigheden, communicatievaardigheden, conflicthantering, interculturele
communicatie.

Soorten cognitieve doelen

 

 

Declaratieve kennis is kennis die kan naverteld worden, mondeling of schriftelijk. Het gaat om ‘weten wat is iets’ en gaat om kennis van feiten, definities en theorieën. Dit is slechts een eerste stap in het leren.

 

Weten hoe deze feiten, definities en theorieën kunnen toegepast worden, wordt procedurele kennis genoemd.

Gedragsniveaus van leerdoelen (De Block)

Weten, Inzien, Toepassen, Integreren

Beheersingsniveau Gedragskenmerk Operationele werkwoorden
Weten Feitenreproductie, herkenning, herinnering benoemen, citeren, definiëren, herhalen, herkennen, kopiëren, labelen, vertellen, noteren
Inzien Begrip, interpretatie, logische reproductie Aanduiden, demonstreren, discussiëren, herformuleren, indelen
Toepassen Geleerde elementen hanteren in nieuwe situaties: kiezen van de juiste regels, wetten, schema's, begrippen enzovoort. Associëren, beheersen, berekenen, categoriseren, experimenteren, gebruik maken van, interpreteren
Integreren Evalueren, beoordelen, toepassen buiten eigen discipline Adviseren, beoordelen, evalueren, kritisch doorlichten, oordelen, verdedigen, toetsen, commentaar geven, vergelijken

De leerlingen weten...

De tutees begrijpen...

De leerlingen zien in dat...

De tutees maken oefeningen...

De leerlingen lossen vraagstukken op.

 

"De leerlingen kunnen per twee in één zin in eigen woorden formuleren wat het doel is van een afschrijving in de boekhouding en minstens twee activa benoemen waarop ze betrekking hebben."

 

Inhoud =  

Gedrag

Conditie

Norm

"De leerlingen kunnen per twee in één zin in eigen woorden formuleren wat het doel is van een afschrijving in de boekhouding en minstens twee activa benoemen waarop ze betrekking hebben."

 

Inhoud = het doel van een afschrijving en activa 

Gedrag = in eigen woorden formuleren en benoemen

Conditie = per twee

Norm = in één zin en minstens twee

"De tutee kan tegen het einde van de tutorsessie een geziene academische tekst binnen het domein van de rechten (hfdst 1: de politiek geschiedenis van België) schriftelijk samenvatten op één pagina."

 

Inhoud =

Gedrag

Conditie

Norm =

"De tutee kan tegen het einde van de tutorsessie een geziene academische tekst binnen het domein van de rechten (hfdst 1: de politiek geschiedenis van België) schriftelijk samenvatten op één pagina."

 

Inhoud = academische tekst binnen het domein van de rechten (hfdst 1 politieke geschiedenis van België)

Gedrag = schriftelijk samenvatten

Conditie = academische tekst die reeds eerder gezien werd in de les

Norm = één pagina

"De tutees kunnen met behulp van het symptomenoverzicht een vergelijking maken tussen de symptomen van dementie beschreven in een casus en die van de opgenomen bewoners met dementie op hun eigen stage-afdeling (minstens 3 symptomen)."

 

Inhoud

Gedrag

Conditie

Norm

"De tutees kunnen met behulp van het symptomenoverzicht een vergelijking maken tussen de symptomen van dementie beschreven in een casus en die van de opgenomen bewoners met dementie op hun eigen stage-afdeling (minstens 3 symptomen)."

 

Inhoud = symptomen van dementie

Gedrag = een vergelijking maken

Conditie = met behulp van het overzicht

Norm = minstens drie symptomen

"De leerlingen kunnen zelfstandig alle volgende plaatsen/onderdelen van een typisch huis in het Nederlands benoemen op een afbeelding: keuken, badkamer, slaapkamer, woonkamer, deur, raam."

 

Inhoud

Gedrag

Conditie

Norm

"De leerlingen kunnen zelfstandig alle volgende plaatsen/onderdelen van een typisch huis in het Nederlands benoemen op een afbeelding: keuken, badkamer, slaapkamer, woonkamer, deur, raam."

 

Inhoud = plaatsen of onderdelen van een typisch huis in het Nederlands: keuken, badkamer, slaapkamer, woonkamer, deur, raam

Gedrag = benoemen op een afbeelding

Conditie = zelfstandig 

Norm = alle

“De leerlingen kunnen met behulp van de vocalenposter minstens de vocalen in de volgende woorden correct uitspreken: keuken, badkamer, slaapkamer, woonkamer, deur, raam.”

 

Inhoud =

Gedrag

Conditie

Norm

“De leerlingen kunnen met behulp van de vocalenposter minstens de vocalen in de volgende woorden correct uitspreken: keuken, badkamer, slaapkamer, woonkamer, deur, raam.”

 

Inhoud = de uitspraak van de vocalen

Gedrag = uitspreken

Conditie = met behulp van de vocalenposter

Norm = minstens de vocalen

Leerdoelen: recapitulatie

  • 5 domeinen
  • 4 componenten
    • Inhoud
    • Gedrag --> Taxonomie De Block 
    • Conditie
    • Norm
  • SMART!  
    • Specifiek
    • Meetbaar 
    • Acceptabel
    • Realistisch
    • Tijdsgebonden

Tip! Bekijk zeker de kijkwijzer.

 

Didactisch model N. Engels

Afstemming tussen de verschillende componenten

HOE?

WIE?

WAT/WAAROM?

Gedragsniveua's (zie module leerdoelen Canvas)

 

De Block

Bloom

...

 

Aan de slag

Bepaal in kleine groepjes voor de voorziene leerdoelen

  • de componenten (gedrag, inhoud, conditie, minimumprestatie en SMART),
  • de domeinen (zie module leerdoelen Canvas) en
  • de gedragsniveaus (zie module leerdoelen Canvas) .

 

Denk ook na over mogelijke aanpassingen: hoe zou je de leerdoelen nog concreter kunnen formuleren?  

 

Nabespreken?

 

 

1.De leerlingen kunnen een eigen mening formuleren over de relevantie van geschiedenis.

 

2.De leerlingen kunnen voor minstens één domein de invloed van de verlichting op de moderne samenleving aantonen.

 

3.De leerlingen kunnen het begrip ‘scheiding der machten’ in eigen woorden uitleggen.

"De tutees kunnen aan de hand van twee foto's de vorm van een hedendaagse krant vergelijken met de vorm van de Nieuwe Tijdinghen van Abraham Verhoeven en drie verschillen geven."

 

Inhoud

Gedrag

Conditie

Norm

"De tutees kunnen aan de hand van twee foto's de vorm van een hedendaagse krant vergelijken met de vorm van de Nieuwe Tijdinghen van Abraham Verhoeven en drie verschillen geven."

 

Inhoud = vorm van ... krant

Gedrag = vergelijken en verschillen geven

Conditie = aan de hand van twee foto's

Norm = drie verschillen

"De tutee kan tegen het einde van de tutorsessie

  • leesstrategieën toepassen om complexere woorden, zinnen, alinea's en andere tekststructuren te analyseren, en
  • een geziene academische tekst binnen het domein van de rechten (hfdst 1: de politiek geschiedenis van België) mondeling samenvatten op één pagina."

 

Inhoud

Gedrag

Conditie

Norm

"De tutee kan tegen het einde van de tutorsessie

  • leesstrategieën toepassen om complexere woorden, zinnen, alinea's en andere tekststructuren te analyseren, en
  • een geziene academische tekst binnen het domein van de rechten (hfdst 1: de politiek geschiedenis van België) mondeling samenvatten op één pagina."

 

Inhoud = Hfdst 1 politieke geschiedenis van België 

Gedrag = leesstrategieën toepassen en tekst samenvatten

Conditie = academische tekst die reeds eerder gezien werd in de les

Norm = één pagina

5. Lesvoorbereiding

Lesvoorbereiding: de ideale cocktail voor een geslaagde les!

beginsituatie, leerdoelen, lesontwerp & zelfreflectie

 

 

 

 

Stap 1: beginsituatie bepalen

 

  •  na elke les aanpassen​
  •  nieuwe informatie over de tutee  toevoegen
  •  wijzigen naargelang de tutee evolueert/bijleert

 

 

Stap 2: leerdoelen bepalen

 

  •  lange of korte termijn
  •  vakspecifiek of algemeen (vb. studievaardigheden)
  •  cognitief, affectief, psychomotorisch, meta-cognitief en/of interpersoonlijke ontwikkeling
  •  alle componenten zijn nauwkeurig (gedrag, inhoud, conditie, niveau) en SMART omschreven

STAP 3 : lesontwerp

Begin, kern, slot

 

 

 

Denk na over hoe je de les wil beginnen, wat de kern zal uitmaken en hoe je wil afsluiten.

Lesontwerp

 

 

 

Timing

Maak een realistische tijdsplanning: hoe lang heb je nodig per onderdeel?

Lesontwerp

 

 

 

Activiteit

Beschrijf voor elke fase de activiteit die de leerling zal doen.

Lesontwerp

 

 

 

Groepsvorming & materiaal

Denk na of je de tutees individueel, in duo of groepjes laat werken. Lijst het materiaal op dat je gaat gebruiken

Lesontwerp

Stap 4 : Zelfreflectie

 

  • Je blikt terug op hoe je tutorsessie verlopen is.
  • Je eerste indrukken zijn erg rijk en bevatten belangrijke info. 
  • ​Elke les is een nieuwe kans voor je eigen leerproces.
  • Elke les is een nieuwe kans om van betekenis te zijn in het leerproces van je tutee.

 

 

 

Reflectie op & over je praktijk wegen even zwaar door als de uitvoering ervan!

Begin van een steile leercurve

 

 

 

Elke les is een nieuwe kans om van betekenis te zijn in het leren van je tutee & leerlingen!

Zoek je weg & ontwikkel je leerkrachtstijl

"Failure is instructive. The person who really thinks, learns quite as much from his failures as from his successes.”

Aan de slag

 

beginsituatie - leerdoelen - lesontwerp 

 

 

 

Ontwerp je eerste kennismakingsles met je tutee

6. AFSLUITER

Didactisch model N. Engels

Afstemming tussen de verschillende componenten

HOE?

WIE?

WAT/WAAROM/ WAARTOE?

Les 2

 

  • Motivatie
  • Zelfregulerend leren

 

Les 3

 

  • Feedback
  • Taalondersteuning

 

 

 

Text

Portfolio

Portfolio activeren

 

  • stap 1: ga naar cursussen en klik op Leren van individuele leerlingen
  • stap 2: klik dan op portfolio

Portfolio activeren

 

  • stap 3: rechts klik je op + nieuwe toevoegen
  • selecteer 'importeer template'

Portfolio activeren

 

  • stap 4: vul template ID in 'SB6UTDO' 
  • en klik op 'Importeer'

Portfolio activeren

 

  • als alles goed ging krijg je dit scherm

AFSLUITER

Hoe denken leerkrachten over hun job?:

 

Einde van de les!


Stoelen op de bank

Houd het veilig en zorg voor elkaar!

 

 

 

2223 LIND sessie 1 Leuven/Diest feb-MA/DO

By idlovub

2223 LIND sessie 1 Leuven/Diest feb-MA/DO

LIND sessie 1 Leuven

  • 169