Krachtige leeromgeving inhoudelijke sessie 4

Anderlecht deeltijds & voltijds

Leerlijn pedagogiek en didactiek: Evalueren en differentiëren

Ariadne Warmoes & Wim Keyaerts

Agenda

 

 Leerlijn pedagogiek en didactiek

  • Differentiatie

 

PAUZE

  • Evaluatie

 

 

Leerlijn Pedagogiek & Didactiek

1. Differentiatie

Begin: context & probleemstelling

Midden: inleiding differentiatie + jigsaw/placemat

Slot: terugkoppeling probleemstelling

Lesverloop

Algemeen leerdoel

 "De student heeft inzicht in basismodellen voor differentiatie naar interesse, leerstatus en leerprofiel (aansluitend bij verschillende leertheorieën)"

Lesvoorbereiding

Canvas > KLO > P&D > Anderlecht > bestanden

1.1 Context & probleemstelling

Context

Context

Bron cijfers

  • Afbeeldingen uit PISA 2018 3/12/19

Pisa Onderzoek: PISA test 15-jarigen op hun leesvaardigheid, wiskundige geletterdheid en wetenschappelijke geletterdheid

2015

Probleemstelling

"Op welke manier kan je differentiatie in je klas inzetten om de ongelijkheid in het Vlaams Onderwijs te verminderen?"

1.2 Differentiatie (inleiding)

Differentiatie

Extern

Intern

Convergent

Divergent

Iedereen zoveel mogelijk vooruitgang

Iedereen naar hetzelfde niveau

Heterogene groepen

Homogene groepen

Externe differentiatie

  • Enkel sterkste leerlingen in de sterkste groepen ondervinden voordeel

 

  • Zwakkere leerlingen ondervinden sterke hindernis

Mechanismen die zorgen voor negatieve invloed

  • Verwachtingseffect
  • Leerlingen interpreteren hun positie
  • Socialisatie binnen de groep

Growth mindset bij leraren én bij leerlingen

 

- betere prestaties

- diepere leerstrategieën

- meer veerkracht

- verminderen SES-invloed

1.3 BKD -Jigsaw

BKD-model

Divergerend

Convergerend

4 expertgroepen

  1. 6 principes van BKD-model
  2. Differentiatie o.b.v. interesses
  3. Differentiatie o.b.v. leerstatus
  4. Differentiatie o.b.v. leerprofiel

6 principes van BKD-model

Differentiatie o.b.v. interesses

Differentiatie o.b.v. leerstatus

Differentiatie o.b.v. leerprofiel

Wie wordt expert in wat?

Praktisch verloop

30 minuten in expertgroep (werkbundel)

-> differentiatie o.b.v. interesse, MAAR klas moet evenredig verdeeld zijn (4 groepen per lokaal)

 

30 minuten in mixed groups (placemat)

30 minuten expert groep (werkbundel)

Mixed groups

kennis expertgroep 1

kennis expertgroep 2

kennis expertgroep 3

kennis expertgroep 4

Antwoord probleemstelling

Placemat methode

30 minuten mixed groep (placemat)

Probleemstelling: antwoord?

"Op welke manier kunnen we  differentiatie inzetten om de ongelijkheid in het Vlaams Onderwijs weg te werken?"

20 minuten pauze

2. Evaluatie

Evalueren van leren & evalueren om te leren

2.1. Probleemstelling

2.2. Voorkennis

2.3. Theoretische kaders

2.4. Toepassing: ritsen

2.5. Belang van feedback

2.6. Literatuur

 

 

 

 

2.1. Probleemstelling

 

Probleemstelling

"Evaluatie: eindpunt of uitgangspunt?"

  • Verbanden  leggen evaluatiebenaderingen en - methoden & functies van evaluatie (het waarom).
  • Betrouwbare, valide evaluatie- en/of assessment instrumenten gebruiken afgestemd op de vooropgestelde leerdoelen, de leeractiviteiten, de beginsituatie van de (individuele) leerlingen.
  • Een op groei gerichte visie op evaluatie ontwikkelen.
  • Evalueren om te leren inbouwen in onderwijsleeractiviteiten en daartoe gepaste instrumenten kiezen en ontwikkelen.
  • Een kritische mening vormen over het gebruik van cijfers en toetsinstrumenten in het onderwijs
  • Op een doordachte manier resultaten rapporteren.
  • Digitale evaluatie-instrumenten kunnen inzetten.

2.2. Voorkennis

 

Constructive "alignment"

leerdoelen

leer-

activiteiten

evaluatie

  De kernboodschap over "alignment"  zit in de pijlen: Wat de student moeten kunnen (leerdoelen) is datgene wat ook moet getoetst worden (evaluatie) en dus datgene dat tijdens de leeractiviteiten aan bod moet komen.

6

Evaluatie als de rode draad...

Evaluatie (de oranje balken in het model) loopt  als een rode draad doorheen proces van onderwijs ontwerpen.  

Taxonomie Bloom

Van lagere orde denken naar hogere orde denken

 

 

Eén van de leidinggevende theorieën:

"Self-regulated learning" of "zelfgereguleerd leren"

 

 

 

 

Gebrek aan zelfregulerende vaardigheden leidt tot frustratie, faalervaringen, angst, vermijdingsgedrag en zelfs agressie

 

 

 

Zelfdeterminatietheorie

Edward Deci & Richard Ryan

 

 

 

Autonome motivatie heeft positief effect op

 

- psychologisch welbevinden

- betere toepassing van meta-cognitieve strategieën

- meer doorzettingsvermogen

- minder procrastinatie

- hogere niveaus van leren

- betere studieresultaten

 

(Vansteenkiste, Sierens, Soenens, Luyckx & Lens, 2009)

2.3. Theoretische kaders

 

Juist, valide en betrouwbaar instrument om te meten of doelen bereikt worden

 

Wanneer is het goed (genoeg)?

 

Beslissing (sanctionerende of didactische beslissingen)

 

Terugkoppeling aan betrokkenen in overeenstemming met het doel van de evaluatie

Evaluatie

waarom

wat

wie

wanneer

waarmee

hoe

?

2.4. Toepassing: ritsen

 

https://pixabay.com/nl/vectors/rits-zip-kleding-sluiten-153689/

Theorie

 

5W's + H

Praktijk:

je ideale lesvoorbereiding

Taxonomie Bloom

Van lagere orde denken naar hogere orde denken

 

 

 

"Self-regulated learning": zelf + peer evaluatie

 

 

 

 

waarom

waarom

Evaluatie VAN leren

Evaluatie OM te leren

'Test'

komt van 'testum': instrument voor beoordelen zuiverheid van metalen

meting, objectieve vaststelling
 

 

summatieve evaluatie:

om te evalueren of de doelen bereikt zijn en te beslissen over slagen/niet slagen

'Assessment'

komt van 'assidere': zitten naast iemand

 

begeleiding, groeipotentieel, gericht op leerproces

formatieve evaluatie:

om het leerproces te stimuleren, bij te sturen

om onderwijsaanbod en ondersteuning bij te sturen

https://www.flickr.com/photos/slapers/5332957359

https://pxhere.com/en/photo/570062

wat

wat

Product

Proces

Het resultaat van het leerproces

Het verloop van het leerproces

  • bij de leerling
  • aan de kant van de leraar (onderwijs-, begeleidingsproces)
  • in de interactie tussen beiden
  • in de interactie tussen leerlingen

wie

wie

Traditioneel

Bredere betrokkenheid

de leerkracht

  • de leerkracht samen met
  • de leerling - zelfevaluatie
  • de medeleerlingen - peerevaluatie (leren van elkaars werk + feedback)
  • externen - bijv. een expert uit het beroepsveld

wanneer

wanneer

  bij de start                            tussentijds                              bij het eind

  product           proces           product            proces             product

Het tijdstip van evaluatie houdt niet noodzakelijk verband met 'summatief' of 'formatief' !  

waarmee

waarmee

Ontzettend veel mogelijkheden

Zorg dat je toetsvorm congruent is met het gedrag dat in de lesdoelen beoogd werd

Taxonomie Bloom

Van lagere orde denken naar hogere orde denken

 

 

Wanneer zou ik een ... gebruiken?

 

Toets met gesloten vragen

Toets met open vragen

Hands-on toets

Simulatietoets

Casus

Inspanningscontract

Logboek

Portfolio

Observatielijstje

 

HANDS-ON TOETS

 

Taak in een reële werksituatie. Door de context worden bepaalde deelvaardigheden uitgelokt die moeten beoordeeld worden.

Observatie door de beoordelaar(s). Observatieschema wordt vooraf opgesteld.

 

Voordelen: grote authenticiteit, complexiteit van de reële beroepssituatie wordt in rekening gebracht.

 

Nadelen: geringere betrouwbaarheid omdat de toets slechts beperkt standaardiseerbaar is; tijdsintensief.

SIMULATIETOETS

 

Simulatieopdrachten  5 à 10 minuten. Scoringslijsten.

Eisen soms zeer hoog (90 tot 100% beheersing) omdat de risico’s die fouten in de beroepspraktijk teweeg brengen te groot zijn.

 

Bijv.:  reageren in een conflictsituatie; deelnemen aan een groepsdiscussie; onderdelen van een toestel  correct monteren; een meting uitvoeren; …

 

Voordelen: valide, authentiek mits toetssituatie = afspiegeling van de praktijk; betrouwbaar mits voldoende gedetailleerde beoordelingslijsten; hoge mate van standaardisatie mogelijk.

Nadelen: tijd voor afname examen.

HANDS-OFF TOETS: PAPER&PENCIL / CASUS

 

Casussen/praktijksituaties op papier die moeten worden geanalyseerd, opgelost, ... met de aanwezige kennis en vaardigheden. Sommige casusbeschrijvingen beslaan 1 pagina, andere 20 à 30 pagina’s.

 

Voor de beoordeling scorewijzer met de elementen van antwoord die moeten voorkomen vastliggen in .

 

Voordelen: grote groepen studenten te toetsen;  casus kan valide zijn (relevantie, evenwichtigheid en representativiteit)

Nadelen: beperkte validiteit voor handelingen die eigenlijk in de praktijk moeten uitgevoerd worden; objectiviteit scoring; tijd constructie  casussen

HET LOGBOEK

 

Procesverslag, minder of meer voor-gestructureerd. Aan welke competenties gewerkt, hoe, moeilijkheden en hoe daarmee werd omgegaan? Bij groepsopdrachten info  over de taakverdeling en reflecties over samenwerking .  Verslag leerlingen over wat zij menen geleerd te hebben. Aanvullend bij het toetsen van verschillende competenties.

 

Voordelen: problemen in het leerproces diagnostiseren reflectievaardigheid registreren, monitoren eigen leerproces bevorderen, laat toe tussentijds bij te sturen.

Nadelen: validiteit en betrouwbaarheid zwak gezien invloed introspectief vermogen, eerlijkheid, introversie-extraversie, …

Bedenk zelf mogelijkheden en voor- en nadelen bij volgende vormen:

 

- toets met gesloten vragen

- toets met open vragen

- portfolio

 

 

hoe

hoe

Beslissen over toetsvorm en -inhoud

  1. Doel van evaluatie?
  2. Overzicht van inhouden
  3. Beheersingsniveaus
  4. Relatief belang van verschillende onderdelen en van onderscheiden beheersingsniveaus
  5. Kruistabel (toetsmatrijs)

 

! voor summatieve evaluatie

hoe

Data verzamelen en interpreteren

  1. Beslis over evaluatievorm en beoordelingseisen
  2. Gebruik evaluatieinstrument (toets, observatieformulier, ...) om gegevens te verzamelen
  3. Beoordeel zo objectief mogelijk
  4. Scoor en interpreteer de score ('is 8/10 voldoende om geslaagd te zijn'? Als de student-chirurg 8 keer op de 10 juist snijdt, is dat dan genoeg om te slagen? Wat is de cesuur?)  Bij voorkeur criteriumgerefereerd i.p.v. normgerefereerd
  5. Rapporteer de resultaten

 

! voor summatieve evaluatie

!Congruent!

WYTIWYG

What you test is what you get

hoe

Aandacht voor kwaliteit van toetsing

VALIDITEIT - meten wat je beoogt te meten

- begripsvaliditeit: relevantie van items/vragen

- inhoudsvaliditeit/doelstellingenvaliditeit

 

 

 

 

! voor summatieve evaluatie

hoe

Aandacht voor kwaliteit van toetsing

 

BETROUWBAARHEID - correct gemeten? toeval?

- het instrument

- de afnamesituatie

- de beoordeling        

- de beoordeelde 

 

 

 

 

! voor summatieve evaluatie

hoe

Aandacht voor kwaliteit van toetsing

 

EFFICIËNTIE

 

Afweging:

best mogelijke validiteit en betrouwbaarheid i.f.v.

tijd & beschikbare middelen

 

(de meest valide toetsvorm kan zeer onbetrouwbaar worden als de omstandigheden (bijv. aantal leerlingen) niet toelaten om hem goed uit te voeren)

 

 

 

 

 

 

! voor summatieve evaluatie

hoe

Aandacht voor kwaliteit van toetsing

 

OBJECTIVITEIT

              -> verbetersleutels, scorewijzers, kijkwijzers

 

TRANSPARANTIE

              -> duidelijkheid over doelen, criteria,  

                   normen

VOORAF BEPAALDE CRITERIA

 

 

 

 

 

 

 

! voor summatieve evaluatie

2.5. Belang van feedback

 

Over 'evalueren om te leren'

Even nog wat principes 

Feedback

Zit binnen de top 5 van hoogste invloeden op leerprestaties

Stramien voor geven van feedback

Beschrijf aan welke criteria de prestatie/het proces moet beantwoorden

 

 

Vergelijk met de geleverde prestatie/proces

 

 

Doe suggesties om de prestatie/het proces te verbeteren

4 feedbackniveaus

1. Taakniveau

Juist of onjuist

'Je beschrijft heel helder waarom de grondstoffen gebruikt worden voor deze technische realisatie. Wat ik mis is een analyse van de risico's bij gebruik van deze grondstoffen.'

 

3. Zelfregulatie

'Ik merk op dat je stopt met werken telkens als je een hulpvraag hebt. Misschien kan je je vraag opschrijven en toch doorwerken aan andere dingen tot ik je kan verder op weg helpen.'

2. Procesniveau

Gebruikte strategie

'Je hebt enkele internet-bronnen met de juiste informatie gevonden. Het is nodig die grondiger te bestuderen en verbanden te leggen tussen de elementen van informatie.'

 

4. Persoonlijk functioneren

'Ik vind het fantastisch dat je met al die creatieve ideeën komt.'

Feedback - feed up - feed forward

Feed up

 

Waar werk ik naartoe?

Wat wil ik bereiken?

 

Tijdens de uitvoering

Feedback

 

Hoe heb ik het gedaan?

 

 

Na de uitvoering

Feed forward

 

Wat is de volgende stap?

 

 

Vòòr de volgende stap / leertaak

Rubrics kunnen prima worden ingezet voor feed up, feedback, en feed forward en voor gebruik door de leerkracht, de leerling zelf en medeleerlingen

Voorbeeld uit een rubrics schaal (onvoldoende tot uitstekend) met duidelijke criteria - product

Voorbeeld uit een rubrics schaal (onvoldoende tot uitstekend) met duidelijke criteria - proces

Europees raamwerk van competenties voor ondernemerschap

Rubric voor evaluatie

Tip - op internet zijn al heel wat rubrics te vinden, bijv. voor attitudes en sociale vaardigheden (SAM-schalen)

Voorbeelden:

- voor PAV: http://www.pavportaal.be/pavportal/evaluatie/sam_msnpt.pdf

- voor veldwerk over 'water' :

www.buitenbeentjes.be/veldwerk/tekst-en-info?download=16:15...sam-schalen

- attitudes en vaardigheden:

http://docplayer.nl/363401-Sam-schaal-schaal-voor-meting-van-attitudes-en-vaardigheden.html

- wiskunde: https://users.ugent.be/~mvalcke/LI_1213/cursus/rubrics_vb.pdf

- wetenschappen: histoforum.net/webquests/Rubrics_of_Rubrieken.doc

 

2.6. Literatuur

 

Evaluatie

Literatuur

in Mitchell, 2015

Strategie 15: Formatieve toetsing en feedback