Gemotiveerd aan het werk
Vakdidactiek Gedragswetenschappen/Psychologie/Pedagogiek
#3
DOELSTELLING De student kan leerinhouden kiezen, opdelen in leerstappen en koppelen aan geschikte werkvormen, en dat in een specifieke fysieke en/of digitale leeromgeving. De student kan leerlingen de leerinhouden binnen de gedragswetenschappen actief laten ontdekken en verwerken door een zinvolle keuze van werkvormen, leermiddelen, en groeperingsvormen.
Probleemstelling
Niet alle werkvormen zijn overal even geschikt... Hoe kies ik een activerende, motiverende werkvorm in functie van mijn lesdoelen en waarmee hou ik rekening bij die keuze van een werkvorm?
Maak een tekening van een werkvorm die je zinvol vindt of waar je graag mee werkt.
Nodig:
Beginsituatie? (Goed nagaan)
Voorkennis? (Heel goed nagaan)
Lesdoelen? (SMART-geformuleerd!)
Probleemstelling
Timing (hoe veel tijd heb je?)
Materiaal/ruimte? (indien mogelijk: testen)
Hoe leid je dit onderwerp in?
Link met leefwereld?, actualiteit?,...
Welke denk- en leeractiviteiten wil je uitlokken bij de leerlingen?
WELKE STAPPEN ZIJN DAARVOOR NODIG?
Hoe zet je de leerstof 'vast' (neerslag?)
Motiverende instap
Kern
Consolidatiemoment:
Wat is volgens jou een geschikte werkvorm om een les mee te starten?
Bij voorkeur:
Doel:
Bron: Steunpuntgok.be
Nieuwe leerstappen
Leeractiviteiten zijn ACTIES, WERKWOORDEN die de leerlingen doen om Stapsgewijs de leerstof te verwerken.
vb: opsommen, indelen, verklaren, ordenen, vergelijken, verband leggen, analyseren, toepassen, samenvatten, creëren, ...
Een werkvorm selecteer je als leerkracht om een bepaalde inhoud aan te bieden of leeractiviteiten uit te lokken bij een specifieke doelgroep op dat moment in hun leerproces en zo en een leerdoel zo efficiënt mogelijk te bereiken.
Tip: Expliciteer deze zoveel mogelijk in je lesvoorbereiding!
Denk vooraf goed na over je opbouw.
Welke aanpak leent zich voor jouw les?
NOOT: Je kan van een heel lessenpakket (thema) een convergent of divergent proces maken maar bekijk dit voorlopig les per les.
vb.
Noteer een mogelijk voordeel en nadeel van deze werkvorm
Algemeen te vermijden, behalve bij:
Goed alternatief: Het onderwijsleergesprek
Belangrijk:
= een sterk geleide, gestructureerde dialoog waarbij de docent het leerproces stapsgewijs via gerichte vragen bijstuurt en lerenden zo tot een bepaald inzicht of oplossing van een probleem probeert te brengen.
Vraaggestuurd... , maar wat zijn goede vragen?
Eigenlijk alles wat een zinvolle leerstap uitlokt bij de leerlingen!
Het grote voordel van het onderwijsleergesprek is dat je kan inspelen op de situatie en het denk- en leer proces echt kan sturen.
vb: focussen op dat deeltje informatie dat belangrijk is of waar je mee verder wilt. Je maakt je bijvragen zo concreet of breed als je zelf wil.
LK: We hebben een opgraving gedaan en we hebben dit teruggevonden. Wat zou dit kunnen zijn?
Leerling: Iemand die iets geeft...?
LK: Waar is het van gemaakt?
Leerling: Van steen
LK: Van steen, dat kan je zien. Hoe is het gemaakt?
Leerling: Ik denk door een soort hakbeweging?
LK: gebeeldhouwd inderdaad, of uitgehouwen. Is dat makkelijk werk?
Leerling: ik denk het niet
LK: waarom denk je dat?
Leerling: ja dat lijkt me een heel werk
Leerkracht: Ja, je ziet hier een soort zwarte steen. Basalt heet dat, heel harde steen, vulkanisch. Kan je daar zomaar in hakken?
Leerling: (schudt neen)
Leerkracht: Als we kijken naar onze jager verzamelaar die met steentjes en botjes aan het werk was, zou die dit hebben kunnen maken?
Leerling: Neen waarschijnlijk niet.
Leerkracht: We hebben nu nog niet eens gekeken naar hoe het er uitziet of wat het voorstelt en zonder dat je dat hebt gedan heb je er al over nagedacht: "dit is eigenlijk zó moeilijk om te maken, ik denk dat de jager-verzamelaars dat nog niet eens konden. Dit is dus van een latere beschaving.
- Wat is een behoefte en als je het weet dan steek je je vinger omhoog.
Steek je vinger omhoog dan kan ik kijken wie allemaal zo'n beetje een antwoord bedacht heeft.
Behoefte, Wat is dat?
- Iets wat je nodig hebt
- Iets wat je nodig hebt wat je graag wil...
Kan je nog een aantal voorbeelden noemen van behoeften, van dingen die je graag wil die je nodig hebt? ... Sommige mensen hebben helemaal geen behoeften?…
- Eten en drinken
- Eten en drinken, Ja dat is een hele goede
en waar heb je dan meestal last van na het eten en na het drinken?
- Oh ja dan ga je naar de wc
- Ja, waarom ga je meestal drinken omdat je graag naar de wc gaat of omdat je…?
- Omdat je dorst hebt
- Omdat je dorst hebt.
- Nood aan ontspanning want anders raak je overgestresst op een gegeven moment.
- Je wil ontspanning, Britt vraagt ontspanning kan iemand een voorbeeld noemen van
ontspanning?
- …
Bedenkingen? wat gaat al goed, wat nog niet?
Aandachtspunten en valkuilen:
Basis communicatievaardigheden: maak oogcontact, knikken, positief bekrachtigen,...
Geef de antwoorden een plaatsje in het lesgebeuren vb:
Aandachtspunten en valkuilen:
Aandachtspunten en valkuilen:
Aandachtspunten en valkuilen:
Basis communicatievaardigheden: maak oogcontact, knikken, positief bekrachtigen,...
Aandachtspunten en valkuilen:
Geef de antwoorden een plaatsje in het lesgebeuren vb:
Voordelen:
Nadelen:
Wat als er geen antwoord komt?
Verschillende mogelijkheden:
Even toepassen...
Stel: je wil rond opvoedingsstijlen werken. Lesdoelen die je beoogt zijn:
Je begint met deze cartoon:
Welke vragen stel je in het onderwijsleergesprek?
Een bord (al dan niet digitaal) is een ijzersterk didactisch hulpmiddel! Gebruik het! (Bij een onderwijsleergesprek of andere werkvorm is het een zeer zinvolle 'tool')
- Je kan voorbeelden uit de klas noteren (engagerend).
- Leerlingen zien direct verbanden in de leerstof
- Structuur en opbouw wordt duidelijker
- leerlingen pikken sneller in
- Info blijft beschikbaar (denkproces stopt niet bij wachten op uitleg...)
- Teken! werk met beelden,...
leerlingen bekijken uitleg en instructie in hun eigen tijd (vb online, uit het handboek,...)
In de klas wordt er geoefend, worden vragen beantwoord, klasdiscussie,...
Belangrijk:
Klassikaal beginnen (inleiding en kader) en -eindigen (consolidatiefase)
Over huiswerk is al veel geschreven (zowel positief als negatief).
Kort gesteld: Overlaad je leerlingen niet. (Ken je klas, schat dit in).
Echter: een denk-vraag/opdracht meegeven die de overbrugging maakt naar de volgende les (en zo ook een inleiding vormt) kan zeker.
Een toepassing laten maken kan ook zeer zinvol zijn.
Kernidee: Doe iets concreets in de les met het geleverde werk.
GW PROOF
(De Baets & Deleu, nd)
Hoe kies ik de gepaste werkvorm binnen GW?
- Aanbiedende werkvormen (doceren, demonstreren,...)
- Gespreksvormen (onderwijsleergesprek, klasgesprek, ...)
- Samenwerkingsvormen (allerhande groepswerkvormen,...)
- Individualiserende werkvormen (Begeleid zelfstandig leren, practicum, modules, zelfstudiepakketten, contractwerk, …)
(OOK GEZIEN BIJ KLO GW)
Effectief leren is...
Activerend
Constructief / Cummulatief
Betekenisvol / Doelgericht
Individueel verschillend
Interactief / Coöperatief
Zelfregulerend
De beoogde lesdoelen
De beginsituatie
Het afstemmen van je lesopbouw en lesaanpak aan je lesdoelen en je beginsituatie is een belangrijk doelstelling bij de leerlijn beroepspraktijk (stage!)
Orden de werkvormen die je gekregen hebt (= werkvormen in de slides hiervoor) volgens één van volgende criteria:
Werkvormen zijn in GW zoveel mogelijk activerend (discussie, carrousel, debat, rollenspel…), maar voorzie waar nodig ook voldoende instructie: (tonen, onderwijsgesprek, eventueel doceren).
Laat de leerlingen waar mogelijk in interactie gaan met elkaar en in groep samenwerken (groeperingsvormen): leren van peers!
Vergeet geen linken te leggen met de voorkennis, de huidige leef-omgeving van de leerlingen en de toepassingen in de echte wereld
Onderzoekend leren behoort tot de essentie van humane wetenschappen (later meer).
Niet alle leerlingen hebben dezelfde leerstrategieën. Niet alles werkt voor iedereen... |
Bekijk volgende "lesvoorbereiding"
Wat kan hier aan verbeteren?
Een (mogelijke) verbetering...
Het lesvoorbereidingsformulier is een werkdocument. Wat er in staat is belangrijk maar je mag zelf kiezen hoe je dat vormgeeft.
Hoe bouw je je miniles op? (convergent/divergent)
Welke werkvormen zou je graag gebruiken tijdens je miniles?
Waarom kies je voor deze werkvormen?
Welke tips kan je geven aan elkaar?
Tip: je bouwt je lesvoorbereiding best stapsgewijs op.
Om zicht te krijgen op de structuur van je les kan het ook handig zijn om van je inhouden eerst een (ruw)schema te maken.
nadien kan je dit gestructureerd overzetten naar een lesvoorbereidingsformulier en instructies en dergelijke aanvullen
Je kan dit schema vb. ook als basis voor een bordschema gebruiken of als mindmap delen met de leerlingen.